Nieuwe tactiek Nigeriaans leger verdrijft Boko Haram maar houdt de bevolking gevangen

Prominente leiders van Boko Haram

De helikopter landt op een veld dat is bezaaid met kogelhulzen. We zijn gearriveerd in Gwoza, in het noordoosten van Nigeria waar alleen militaire voertuigen veilig de steden kunnen bereiken. Op het omringende platteland heersen nog steeds de milities van de terreurgroep Boko Haram. In Gwoza wonen overwegend vrouwen. Hun mannen zijn noodgedwongen achtergebleven op het platteland, gegijzeld door Boko Haram.

Vandaag arriveert het wekelijkse militaire konvooi met goederen. De militairen nemen ook nieuwe ontheemden mee. “Ga in rijen staan, we moeten jullie fouilleren”, gebiedt een soldaat de vluchtelingen. “Ze denken zeker dat we zelfmoordenaars zijn”, protesteert Gaji Saida.

De kerk van Gwoza

In augustus 2014 deed Boko Haram van zich spreken door de inname van Gwoza. Leider Abubakar Shekau riep de stad uit tot zetel van zijn zelfbenoemde kalifaat en hij kondigde een verbond aan met de Islamitische Staat. De mannen van Gwoza trokken de Mandarabergen in. De strijders voerden de achtergebleven vrouwen mee, onder wie Gaji Saida, naar het aangrenzende Sambisawoud. Zo verlopen aanvallen van de groep nog steeds: ze probeert de mannen te doden of te rekruteren en de vrouwen maakt ze tot slaven.

Door het verlies van Gwoza stond het een zo machtig gewaande Nigeriaanse leger voor gek. Het moest het afleggen tegen een schijnbaar zooitje ongeregeld van de terreurgroep. Maar het tij is gekeerd. In maart 2015 heroverde het leger Gwoza, en nu is de garnizoensstad een belangrijke uitvalsbasis in de nog steeds voortdurende strijd tegen Boko Haram.

De kliniek van Gwoza
De kliniek van Gwoza

Nieuw elan

Ama, een regeringssoldaat, wijst naar de Mandarabergen. “We hebben Boko Haram daar herhaaldelijk bestookt, maar ze weten zich goed te verbergen. We moeten net als hun een guerrillatactiek toepassen”, zegt hij.

Ama vertolkt het herwonnen zelfvertrouwen van het leger. Tussen 2013 en 2015 kon Boko Haram een gebied innemen zo groot als België. Soldaten renden weg voor Boko Haram, want hun soldij werd achterovergedrukt door de hogere rangen. Pas toen Zuid-Afrikaanse huurlingen en de legers van Kameroen, Tsjaad en Niger op het strijdtoneel verschenen, en er nieuwe legerleiders waren aangesteld, kwam er een omslag. “Nu gaan we de terroristen achterna en als we ze vinden en een vuurgevecht aangaan, verslaan we ze. Geef ons nog wat tijd en de opstand is voorbij”, zegt soldaat Ama.

Maar met de militaire successen is nog geen einde gekomen aan het lijden van de bevolking. Alleen al in Noordoost Nigeria zijn 2,3 miljoen mensen verdreven. In de buurlanden verblijven nog eens miljoenen. Naarmate meer gebieden worden veroverd komen er meer zwaar ondervoeden aan in kampen in de steden. In de afgelopen twee maanden nam de bevolking van Gwoza toe van 40 naar 60 000. In kampen verblijven nog eens 20 000 mensen, onder wie veel ernstig ondervoede kinderen.

Pokdalige muren van woonhuizen met tekeningen van wapentuig, een kapotgeschoten kliniek, een stukgeslagen kerk: de strijders van Shekau sloegen alles kort en klein. Bij de ingang van de kazerne in Gwoza hangt een poster “Gezocht” met de afbeeldingen van de kopstukken van Boko Haram. Een nerveuze soldaat met een aap aan een touwtje gebaart dat foto’s nemen verboden is. “Dit is een veiligheidszone, het is hier gevaarlijk”, brult hij boos.

Na de herovering door het leger kan niemand Gwoza uit. Gisteren nog ging een vrouw houtsprokkelen en ze kwam niet meer terug. Het gevaar van Boko Haram dreigt overal. Ze houden zich op in de bergen en de wouden en verbergen zich onder ontheemden.

Vrouw in ontheemdenkamp Gwoza

Dilemma

“De mannen mogen het gebied van Boko Haram niet verlaten en in regeringsgebied worden ze verdacht terrorist te zijn en worden daarom wekenlang in kazernes ondervraagd”, vertelt een hulpverlener. “Groepen van louter mannen trekken rond op het platteland, op de vlucht voor iedereen”.

De vrouwen gaat het nauwelijks beter af. Ontsnapt aan verkrachting en zweepslagen kunnen zij wel naar ontheemdenkampen in de steden, maar het voedsel is er schaars. Human Rights Watch noemt ze “een soort concentratiekampen”.

De hulpverlener ziet het dilemma. “Uit militair perspectief heeft het nieuwe beleid goede resultaten opgeleverd”, zegt hij. ”Maar het leger moet aan de gevolgen voor de bevolking denken. Je kunt bewoners niet blijven opsluiten in deze kampen, de situatie is er onhoudbaar en wij buitenlandse hulpverleners werken er impliciet aan mee om deze slechte situatie te bestendigen”.

Zo biedt de ommekeer in de strijd tegen Boko Haram nog weinig perspectief voor de bevolking. Borno behoorde altijd al tot de armste en meest gemarginaliseerde deelstaten van Nigeria. Voor de oorlog kon slechts 17 procent van de inwoners er lezen en schrijven (in de zuidelijke miljoenenstad   Lagos is dat 92 procent). Nu is de regio nog verder teruggedrongen. Kinderen gingen er de afgelopen vier jaar niet naar school en boeren hebben jarenlang geen nieuwe gewassen op hun akkers kunnen planten.

Mao Zedong

Toen Mohammed Yusuf, de eerste leider van Boko Haram, zijn volgelingen koranonderwijs en sociale projecten bood, sloten duizenden jongeren zich vrijwillig bij hem aan. De politie executeerde in 2009 Yusuf, waarna onder zijn opvolger Abubakar Shekau een veel radicalere Boko Haram ontstond, met meer bruut geweld en minder sociale activiteit. Uit die tijd van Yusuf heeft de groep nog steeds goedopgeleiden in haar gelederen, zoals dokters en ambtenaren. Sommige commandanten dragen literatuur van de revolutionair Mao Zedong met zich mee. Zij streven naar macht, niet naar de gepropageerde islamitische heilstaat.

“Boko Haram is een van de meest ondoorgrondelijke terreurbewegingen”, zegt het hoofd van een VN-organisatie. “Ik werkte in Syrië en vele andere crisisgebieden in de wereld, en altijd onderhield ik contact met de oppositie. Maar in Nigeria weten we vrijwel niets van de tegenstander”.

Boko Haram baseert veel meer dan islamitisch fundamentalistische opstanden in Mali of Somalië zijn strijd op lokale grieven. De mysterieuze beweging is in vier of vijf facties uiteengevallen. Die onder Shekau in en rond het Sambisawoud is het meest gewelddadig, vernietigt dorpen en zet kinderen in als zelfmoordenaars. De meeste van zijn slachtoffers zijn moslims. De factie van Abu al-Banarwi, zoon van de oprichter Mohammed Yusuf, opereert rond het Tsjaadmeer en richt zijn aanvallen op christenen en overheidsdoelen. Andere facties tonen zich bedreven in kidnappings voor losgeld, waaraan de terroristen miljoenen verdienden.

Harun Ahmed is een imam. Hij verloor door Boko Haram zijn vader en oom, net als hij islamitische predikers. Zijn religieuze boeken staken de strijders in brand. Harun ziet een identiteitscrisis onder jongeren als hoofdoorzaak. “Mijn generatie weerde zich nog tegen quasireligieuze propaganda zoals van Boko Haram. Maar jongeren laten zich nu gemakkelijk intimideren. Ze voelen zich genegeerd door de staat en hangen maar wat doelloos rond in de dorpen”. Ziet hij een einde aan de crisis? “In de huidige situatie blijft het aantrekkelijk om je aan te sluiten bij Boko Haram, om een wapen te kunnen dragen en te plunderen”.

Voetballende kinderen in ontheemdenkamp Gwoza
Voetballende kinderen in ontheemdenkamp Gwoza

Dit stuk verscheen eerder in NRC Handelsblad op 10-5-2017

Foto’s zijn alle genomen in Gwoza

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

ERROR: si-captcha.php plugin: securimage.php not found.